Verlaten

Over twee weken is mijn – eenmalige – lezing ‘Muziek ontmoet Beeld’ in het Dordrechts Museum. Bij Haydns passiemuziek ‘Die sieben letzten Worte’, uitgevoerd door Ensemble Archipel, zal ik acht beelden tonen van kunstwerken uit de collectie van het museum. Acht; één bij elk kruiswoord en één bij de introductie.

De reeks beelden die zo ontstaat gaat in een grote lijn van figuratieve oude kunst naar abstracte moderne meesters. We beginnen met een duidelijk herkenbare ‘Kruisiging’ uit 1554 en eindigen met een ongrijpbaar, bijna monochroom werk van Jan Andriesse uit 1994. Een mooie lijn, vind ik, die laat zien hoe beelden van zo’n vier-en-een-halve eeuw geleden en muziek van twee-en-een-halve eeuw geleden nog heel dichtbij kunnen komen.

Via schilderijen uit de late romantiek en de Haagse School komen we halverwege het concert uit bij het eerste abstracte werk. Dan klinkt het vierde kruiswoord: “Mijn God, mijn God, waarom hebt Gij mij verlaten?”, de meest wanhopige uitroep van alle zeven kruiswoorden. Volgens het Evangelie van Mattheüs, waar dit in hoofdstuk 27 staat opgetekend, klonken deze woorden na drie uur duisternis en riep Jezus ze “met een grote stem”.

Zoals in alle zeven delen van de compositie, laat Haydn ook hier weer de musici op een contemplatieve manier reageren op het kruiswoord. Maar waar in de andere zes delen altijd wel een doorgaande lijn in de muziek zit, stokt hier elke keer opnieuw de beweging. In bijna iedere tweede maat valt een stilte, de muziek klinkt met horten en stoten. Gebroken. Niet vloeiend.

Of je nu gelooft in een My God! of niet, godverlatenheid is een gevoel dat je je goed kunt voorstellen. Een gevoel van op jezelf teruggeworpen te zijn, alleen. Een gevoel dat zich uitdrukt in het gebaar van terugtrekken in de kern, afschermen.

Dat gebaar van afscherming, van terugtrekken in de kern is ook te vinden in het abstract expressionistische schilderij ‘Uitdrijvende’ van Piet Ouborg. Wat we zien is een veld vol ronde en ovale vormen, vaak afgesloten naar de buitenwereld met dikke lijnen, maar ook verschrompeld, aangeslagen. Binnen in de vormen lopen grillige lijnen als spaken naar het centrum. Tussen de figuren lijkt de ‘ondergrond’ gebarsten te zijn, wat nog meer een gevoel van isolatie en droogte geeft.

Het schilderij houdt niet op bij de rand van het doek; de kosmos van ‘godverlatenheid’ breidt zich verder uit. Toch hebben alle figuren een samenhang door hun kleuren; ze horen bij elkaar. Ze kunnen elkaar alleen niet bereiken door hun centripetale vorm. Ze liggen als geïsoleerde cellen, als verschrompelde bessen, als geblutste nullen naast elkaar, ieder voor zich. Een aangrijpend beeld bij dit aangrijpende kruiswoord.

Meer informatie over ‘Muziek ontmoet Beeld’ in de Agenda.

 

Afbeelding: Piet Ouborg, Uitdrijvende, 1952, collectie Dordrechts Museum       

No comment yet, add your voice below!


Add a Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *