
Het voordeel van het nadeel van het afzeggen van mijn lezing is dat ik nu meer tijd heb voor andere dingen. Een bezoek aan het nieuwe Depot van museum Boijmans Van Beuningen stond bovenaan mijn verlanglijstje, dus stapte ik in de trein om dit sterke staaltje Rotterdamse lef-architectuur te bekijken.
Het gebouw is inderdaad verbluffend. Naast het museum Boijmans rijst een grote, glanzende bloempot op. Maar hoe groot het gebouw ook is, het werkt niet intimiderend omdat de bolle buitenkant de omgeving spiegelt. Als een vriendelijke lachspiegel neemt de façade je op in het prachtige, weidse panorama van de stad.

Eenmaal binnen waan je je in een Escher-prent. Aan de buitenschil liggen de afgesloten opslagruimtes. Maar het hart van het gebouw is voor het publiek toegankelijk. Dit ‘kloppende’ hart is een grote lichtschacht, doorsneden door trappen die diagonaal de zes verdiepingen met elkaar verbinden. Op elke etage loopt een open galerij om de lichtschacht heen met uitzicht op de trappen.
De trappen zijn voorzien van glazen leuningen waardoor je tot hoog in het gebouw het gelijkmatige ritme van de traptreden kunt volgen. Tussen de afgesloten opslagruimtes aan de buitenschil zijn open werk- of expositieruimtes die uitzicht bieden op de stad. Hierdoor dringt het daglicht door tot in het trappenhuis zodat de ritmische treden ook van opzij belicht worden.

Glazen liften zoeven op en neer langs de trappen. En overal lopen mensen; omhoog, omlaag. Mensen wandelen rond over de etages, leunen over de balustrades om naar de bedrijvigheid in het trappenhuis te kijken. Of ze staan stil bij de verlichte vensters die een inkijkje bieden in de opslagruimtes. Dat menselijke verkeer in het gebouw geeft het zijn Escherachtige spanning: Kijk, ook dáár loopt iemand, en dáár gebeurt ook wat!
In de centrale lichtschacht zijn vitrines waarin een aantal kunstwerken is opgesteld. De vitrines strekken zich uit in de verticaal en gaan met de lift en de trappen mee ‘over de verdiepingen heen’. In deze vitrines zijn schilderijen te zien, maar ook sculpturen en mode.

In een van die verticale vitrines staat het kunstwerk Untitled van Maurizio Cattelan, beter bekend als ‘het mannetje dat zijn hoofd door de vloer steekt’. Omdat nu ook het gedeelte onder de museumvloer zichtbaar is, maakte Catellan speciaal voor deze opstelling het beeld af. Het mannetje staat op zijn tenen op een krukje op een pallet met boeken op dozen met boeken op een dossierkast en kijkt zo nieuwsgierig naar de volgende verdieping.
Dan zijn er ook de vitrines die zich uitstrekken in horizontale richting. Deze vitrines, met keramiek en serviezen, dienen als glazen loopbrug of balkon. Dit is voor de durfals; je loopt als het ware boven de afgrond met een dun laagje kunst tussen jou en de diepte.
Helemaal bovenop het Depot is een restaurant met een prachtige daktuin. IJle berkjes en grassen staan wuivend in de wind en rondom ligt Rotterdam. Een aanwinst voor de stad, dit Depot, dat van de Rotterdammers het koosnaampje de Pot heeft gekregen. En geef ze eens ongelijk; een dagje op Depot en je bent verliefd op dit gebouw.

N.B. De lezing ‘Los! Kunst en vliegwerk van Panamarenko’ in Utrecht is verplaatst naar 18 maart 2022. Zie Agenda
2 Comments
geweldig, ga ik zeker een keer bezoeken! en idd erg jammer Hans, dat je lezing moet worden uitgesteld…
hartelijke groet, Frederike
Dankjewel Frederike. De Panamarenkolezing komt er zeker een keer!