
Belle-îsle-en-mer, het mooie eiland in de zee voor de kust van Bretagne, heeft weinig van de lieflijkheid die de naam suggereert. Op een uur varen vanaf het vasteland rijst dit langwerpige eiland op uit de Atlantische Oceaan. Aan de kant van vasteland heeft het nog wel iets van een vakantiefoto met beschutte zandstranden tussen rotsen, begroeid met weelderig bloeiende gaspeldoorn, geruststellende dennen en wuivend Engels gras. Je ontdekt zelfs hier en daar een palmboom.
Maar het eiland dankt zijn faam vooral aan de ruige Côte Sauvage aan de oceaanzijde. Hier sta je in een landschap dat zich teweer stelt tegen het beukende geweld van de oceaangolven. Kaal steken de gekartelde rotsen af tegen de woeste zee, kleine veldjes laag gras trotseren de snijdende zoute wind die over de vlakte waait. De kleuren grijs en bruin overheersen en contrasteren met de blauwen en witten van de oceaan. Blauwen in oneindig veel variaties, van loodgrijs en violet tot zeegroen, turquoise en hemelsblauw.
Op dit eiland strijkt in 1886 Claude Monet neer, op zoek naar nieuwe landschappen. De ruigheid van de Côte Sauvage overrompelt hem en dwingt hem zijn stijl aan te passen. Geen lieflijke verstilde landschappen met klaprozen of dromerige vijvers, maar grillig gevormde, hoog-oprijzende rotsen waar de golven tegen uiteenspatten. Zelf zegt hij daarover: ‘De zee heeft een ongelooflijke schoonheid en is bezaaid met fantastische rotsen… Ik ben enthousiast over deze verschrikkelijke omgeving, omdat die mij ertoe dwingt mijn gewoonte te verlaten.’
Hoewel hij oorspronkelijk van plan was om slechts twee weken op het eiland door te brengen, verblijft hij er uiteindelijk tien weken. Hij huurt een kamer in het piepkleine dorpje Kervilahouen en laat zich door de lokale gepensioneerde loods Hyppolyte Colin, bijgenaamd Poly, op sleeptouw nemen naar woeste rotsen waar alleen kustvogels zich wagen of naar piepkleine strandjes tussen de steile kliffen.
En hij schildert! In tien weken vervaardigt hij 39 doeken met een woestheid en grilligheid die hem door het landschap en het klimaat van de Côte Sauvage worden ingegeven. Vaak ligt in de schilderijen de horizon hoog, zodat het hele beeldvlak wordt gevuld door vibrerende donkere rotspartijen en onstuimig woelende watermassa’s. Het telkens wisselende licht brengt hem ertoe om een thema meerdere keren te schilderen. Zo ontstaat Monets manier van in series te schilderen.
De vibraties in de verf lijken bijna een afspiegeling van de grillige lijnen en patronen in het gesteente van het eiland. Waar elders in Bretagne de kust met onwrikbaar graniet het hoofd biedt aan de Atlantische Oceaan, bestaan de belliloise rotsen uit een brossere en grilliger steensoort: schist. In het grijs en donkerbruin van het gesteente tekenen zich allerlei wilde kronkelingen en pulserende lijnen af
Landschap en klimaat op dit eiland-met-de-naam-als-een-lief-belletje zijn van een overrompelende en dwingende kracht. Ze hebben ons een ontketende Monet opgeleverd.
No comment yet, add your voice below!