De nerven van de winter

Het begint eindelijk een beetje winter te worden. De dagen worden korter, de avonden langer. Af en toe moet je ’s ochtends de handschoenen al weer aan op de fiets. De bomen verliezen steeds meer blad en tekenen zich met hun kale takken scherp af tegen de winterlucht. In Museum Voorlinden staat de ideale expositie voor dit jaargetijde: de overzichtstentoonstelling van Giuseppe Penone.

Net als de winter brengt deze kunstenaar je terug bij de kern. Voor het kunstwerk Ripertere il bosco (Het bos herhalen) bewerkt Penone enorme boomstammen. Jaarring na jaarring pelt hij de boomstam af, maar binnenin laat hij een kern zitten. Die kern ziet eruit als een stam waaruit takken ontspringen. Vervolgens zaagt hij deze smalle stam doormidden en zet de twee helften rechtop.

Giuseppe Penone aan het werk voor ‘Ripertere il bosco’, beeld uit de documentaire ‘Penone in de Rijksmuseumtuinen’, 2016
Ripertere il bosco, 1969-2022, cederhout, Douglas sparrenhout, sparrenhout

In Voorlinden staat nu een bos van zes bomen, die groeien uit vierkante sokkels. De sokkels zijn de uiteinden (boven en onder) van de oorspronkelijke boomstam, die Penone in de vorm van een vierkante balk heeft gezaagd. In deze sokkels zie je de takken van de ‘kernboom’ terug, maar nu zoals we ze vaak zien in afgezaagde oppervlakten; het zijn de knoesten in het hout.

In een ander kunstwerk, Spazio di luce (Ruimte van licht), heeft de Penone juist alleen de buitenkant van de boom behouden. Als een veelpotig, geleed dier staat daar een holle, omgevallen boom op zijn takken. De buitenkant is donker brons, de binnenzijde stralend goud. De stam is in acht stukken gezaagd; de ‘geledingen’ van het dier. Via de zaagvlakken en door gaten in de schors zie je de schitterende binnenkant. De kern is hier het stralende licht.

De holle boom fungeert ook als een soort telescoop die focust op de wandtekening Propagazione (Voortplanting). Op de muur is met viltstift een patroon getekend van grillige concentrische cirkels, die doen denken aan jaarringen. Het zijn echter de uitvergrote en geëxtrapoleerde lijnen van de vingerafdruk van Penone. Zijn ‘kern’ valt samen met die van een boom.

links: Spazio di luce, 2008, brons, goud en rechts: Propagazione, 1994-2022, inkt op papier, viltstift op muur

Het meest fysieke kunstwerk van Penone is Sculture di linfa (Lymfe sculpturen). Om dit kunstwerk goed te ervaren moet je je schoenen uittrekken. Dan loop je op kousenvoeten over marmeren tegels waarvan de aders voelbaar zijn gemaakt. Penone heeft het witte marmer om de zwarte aders weggehakt en daarmee de natuurlijke structuren van het gesteente blootgelegd. In de ribbels onder je voeten voel je de kern van het marmer in al zijn fijne vertakkingen.

Rondom in de zaal hangen aan de wanden gelooide koeienhuiden die op boomstammen zijn gedroogd. De afdruk van de schors is in het leer achtergebleven. De grillige plooien maken als het ware de fijne aderstructuur zichtbaar die je onder je voeten voelt. Of andersom. Je voelt wat je ziet en je ziet wat je voelt: een kern die zich in een eindeloos netwerk van fijne nerven vertakt.

Sculture di linfa, 2005-2007, leer, hars, wit Carraramarmer, larikshout

De winter legt de kern van bomen bloot; het leven dat zich in de takken in steeds fijnere ‘nerven’ splitst. Giuseppe Penone laat je die fijnvertakte kern aan den lijve ervaren.

De frames van Trenkwalder

Op de expositie Tuin der Lusten in museum Beelden aan Zee zijn behalve de grote sculpturen van de Oostenrijkse kunstenaar Elmar Trenkwalder ook prachtige keramieken ‘schilderijlijsten’ te zien. Deze kunstwerken hebben de toevoeging ‘B’ aan de titel met WVZ (Werkverzeichnis), omdat achter de weelderige lijsten een getekende afbeelding zichtbaar wordt. De lijsten vormen één organisch geheel met de afbeeldingen; het frame versterkt als het ware de afbeelding en leidt je het kunstwerk binnen. Een mooie vorm van framing.

WVZ 131 -B, Elmar Trenkwalder, 2021

U kent misschien het begrip framing uit de debatwereld. Het houdt in dat je je woorden zodanig kiest dat je het gevoel/de gevoeligheden van je gehoor in een bepaalde richting stuurt. Een boeiend verschijnsel voor mij als Man van Taal. Politici zijn zeer bedreven in het gebruiken van frames om hun electoraat (nog sterker) aan zich te binden. Dat kan op een positieve of op een negatieve manier.

Onder populisten is het gebruik van het woord ‘weer’, in de zin van ‘opnieuw’, heel courant. Overal in Europa horen we hoe oude waarden weer hersteld zullen worden. De Brexit-campagne kwam pas goed op gang toen de slogan Take back control werd gelanceerd: Neem de controle weer over. En we zien nog dagelijks hoe krachtig Make America great again werkt.

Er zijn ook voorbeelden van positieve framing. In de Trouw-rubriek Framing laat debatspecialist Hans de Bruijn regelmatig positieve frames zien, die niet gebaseerd zijn op rancune, maar op hoop. Zo citeert hij Barack Obama die in een debat met een rechtse Republikein het recht op sociale zekerheid verdedigt. Mensen hebben keihard gewerkt voor sociale zekerheid, zegt Obama. Hiermee haalt hij het beeld van de luie uitkeringstrekker onderuit.

Een frame is dus een kader voor je woorden waarmee je de ontvanger een bepaalde kant opstuurt. Ook bij schilderijlijsten zou je kunnen spreken van een zekere sturing. Er opent zich een venster naar een andere wereld. Zware, barokke lijsten zijn vaak bedoeld om de importantie van de geportretteerde of de afbeelding te benadrukken. Dat schept afstand.

Bij Trenkwalder overbrúggen de barokke vormen juist de afstand. Met humor en speelsheid leidt de lijst je de afbeelding binnen. Via de sensuele barokke vormen betreed je de ruimte ‘achter’ het frame; een lichte ruimte met mooie vergezichten.

Sommige van Trenkwalders tekeningen lijken geïdealiseerde barokke tuinen, met strakke symmetrische paden. Maar er zijn ook interieurs te zien met hoge gotische bogen die een sterke perspectivische werking hebben. De tekeningen doen denken aan de achtergronden van oude religieuze schilderijen waar zich achter de tronende Madonna of de Annunciatie-scene een sereen en ruimtelijk landschap of kerkinterieur ontvouwt.

WVZ 132 -B, Elmar Trenkwalder, 2012

De mooiste ‘lijst’ is voor mij WVZ 132 -B. Een architectonische vorm als een altaarstuk met drie bogen. In de bovenste boog is een tekening van een gesluierd gezicht te zien. In de linker en rechter boog zijn sierlijke symmetrische krullen getekend. Onderin zitten drie keramieken poortjes, waarvan het middelste een klein trapje heeft. Achter die poortjes zien we in ijle potloodlijnen een prachtig perspectief naar een lichte horizon.

WVZ 132 -B, detail van de poortjes en de linkerhand, Elmar Trenkwalder, 2012

Maar wat mij aan deze lijst het meest treft zijn de gespreide keramieken handjes, die links en rechts zich openen vanuit een pofmouw met een grappig gezichtje. Een fantastisch gebaar waarmee ik liefdevol word uitgenodigd het perspectief te betreden. Zo werken de frames van Trenkwalder; ze bieden hoop.

 

Scrutant

In het Kunstmuseum Den Haag is een kleine tentoonstelling ingericht rond het beeld Scrutant l’horizon (De horizon afturend) van Hans Arp uit 1965. Dit beeld van 4.40 meter staat sinds september 1966 aan de rand van Mariahoeve en kijkt uit over de weilanden van het landgoed Marlot. Arp heeft de plaatsing van het beeld nooit meegemaakt; hij overleed in juni 1966 in Zwitserland. Scrutant l’horizon was zijn laatste beeld.

Scrutant l’horizon als rustpunt. Foto: Haags Gemeentearchief

Hans Arp maakte dit beeld in opdracht van de Gemeente Den Haag. Hij bezocht van tevoren de locatie en kwam zo waarschijnlijk tot deze vorm en deze titel. Het ‘uitzicht’ van het beeld is een van de mooiste uitzichten van Den Haag. Waar de flats van Mariahoeve stoppen, strekken zich de weilanden uit, afgezoomd met de lommerrijke paden van het landgoed Marlot. Op de expositie in het Kunstmuseum hangen mooie foto’s uit de zeventiger jaren die de idylle van kunst als rustpunt in een moderne wijk uitstralen.

Ook zijn er foto’s van de grote overzichtsexpositie van Arps werk die het museum een jaar na zijn overlijden organiseerde. Opmerkelijk is een artikel over een speciale rondleiding voor blinden op deze tentoonstelling in 1967. Uiteraard mochten deze bezoekers met hun handen kijken, iets wat eigenlijk elke bezoeker van Arp-sculpturen zou moeten mogen. Pas dan ervaar je hoe zijn vormen zich ‘onder je handen’ ontwikkelen.

Gipsen maquette en bronzen afgietsel van Scrutant l’horizon, 1970, coll. Haags Kunstmuseum

Het museum verwierf in de zestiger jaren de gipsen maquette van Scrutant l’horizon, ongeveer een meter hoog. In 1970 heeft het museum, op verzoek van de weduwe van Arp, er drie bronzen afgietsels van laten maken. Twee daarvan staan nu met de gipsen maquette in het museum. Het is boeiend om deze beelden van alle kanten te bekijken. Je ervaart nu in één oogopslag hoe beweeglijk het beeld is; elke kijkrichting geeft weer een nieuw perspectief.

Behalve Scrutant zijn er op de expositie nog een paar andere werken van Arp uit de collectie van het Kunstmuseum tentoongesteld. Heel verrassend is het vilten kunstwerk Variable Bild uit 1964. Op een zwart doek ligt een aantal witte vilten vormen met typisch Arpiaanse rondingen. Het idee was dat de kijker zélf met deze witte vormen een compositie kon maken op de zwarte ondergrond. Wow! Arp maakt het kind in ons weer wakker; je kunt spelen met vilten opplakfiguren. Helaas zit de uitnodiging om kind te worden achter museaal glas.

Variable Bild, vilt, Hans Arp, 1964

Hans Arp, het laatste werk is een leuke kleine expositie in het Kunstmuseum. Je ervaart Arps Scrutant l’horizon op een andere manier, er hangen een paar mooie gedichten van zijn hand en je wordt verrast, onder andere door zijn Variable Bild en zijn Sterretje (goed zoeken!). Je wordt weer een beetje een kind dat speelt met de wereld om zich heen. Net als Arp: ‘Ik ga met de woorden om als een kind met zijn bouwstenen. Ik betast ze en buig ze om, alsof het sculpturen zijn.’

Op 15 december geef ik in Den Haag mijn lezing Hans Jean Arp – dromen, beelden, gedichten. Zie: Agenda